Tegenwind

Onder weg ben ik bezweken

Toen ben ik naar de duinenrij uitgeweken 

De wind was te hevig

Mijn benen te bevig

De wind altijd tegen 

De stilte verzwegen

Geen bomen beschutte mij

In geen velden of wegen

een beschutting gebleken

altijd wind, mooi voor het weer

Maar voor fietsen altijd benenzeer

Wellustig Weiland

Weiland vol wellustig groen gras

Laat ik me door je verleiden of geeft dat geen pas?

Ik wil zorgeloos in je verdwalen

Maar je mag het niet op mij verhalen

dat ik je harmonie verstoor

Van de keurig parallel wapperende halmen

En blijf ik toch maar talmen

laat ik mij gaan of toch maar niet

Want dat geeft zoveel verstoring in het verschiet

Dus sta ik starend aan de kant

met dat verrukkelijke uitzicht op het land

Ik ben aan het strand

Het weer valt altijd mee

beweert men aan zee

Dat kan wel zo zijn

Maar het voelt nú niet echt fijn

Ik ben aan het strand

ergens op Walcheren beland

Het ruisen van de zee

valt me alleszins mee

De wolken daarin tegen

voorspellen zware regen

Het zand ziet er wel aanlokkelijk uit

Maar ik zie geen enkele blote kuit

De zon laat zich maar af en toe zien

Dus  het wordt mooi weer misschien

De wind speelt met mijn haar

En het waait steeds harder zowaar

Ik tel nu een mens of tien

Maar ik kan niet zo verzien

Want de grijzigheid speelt mij parten

en doet mijn hart naar zonlicht smarten

Dus betwijfel ik of het waar wordt

Of zijn de buien gewoon kort

Zo aan de kust van zeeland

En is het altijd fijn aan het strand

Ik moet het nemen zoals het komt

En voel me door het eiland verwelkomt