Mijn lichaam ligt hier op de bank
Maar mijn hoofd is in een andere dimensie
Slap en pijnlijk moe van de griep
En zonder enige intentie
gaat de reis naar alle kanten
Elke logica betracht gaat mank
koortsig op zoek naar iets
vol van beleving, ideeën en gedachten
Ben ik diegene die jouw naam steeds riep?
O koorts hoe verdwijn ik nu graag in t niets