Dood

Als ik dood ben, dacht  ik als kind

Kom ik eindelijk te weten hoe het zit

Zie ik de dingen van binnen in

Zie ik de atomen als moleculen in verbinding gaan

Zal ik de oplossingen van alle raadsels zien

Zal ik eindelijk begrijpen wat geen mens ooit ontdekken zou

Geen wetenschapper ooit uitgevonden

Geen gelovige begrepen had

En zou dit alles ook voor altijd veilig zijn bij mij,

Zou ik begrijpen maar niet misbruiken,

Zou dat niet mooi zijn?

 

Bergen

Bergen diepgroen en grijs

In de verte liggend

trekken schuivend als panelen

aan mijn gezichtsveld voorbij

 

Oud en wijs

klein en groot wisselend

voor elkaar kantelen

soms zij aan zij

 

De bergen in het landschap

rijdend op de weg

een toekomst, een belofte

houdend voor mij

 

Voel ik een verwantschap

die ik tot mij leg

een eeuwige gelofte

voor man en allerlei

 

Wees toch wijs

met aard en natuur

alle levens en wat ademhaalt

of behorend daarbij

 

Alles heeft een prijs

en wordt tot vuur

als uitgebuit en neergehaald

dan het is voorbij

 

Wintermiddagzon

Wintermiddagzon

Rood en blauw, geel

Verschijnt er aan de horizon

Verlangen naar veel

komt er in mij op

Naar weg en verder

Naar overzicht van de top

Naar lucht en zuiverder

Gevoel van warmte en geluk

Van echtheid en voorspoed

Van nutheid en de juiste afdruk

Van vrijheid en goede moed

In harmonie  met de omgeving

Maar toch het beste uit jezelf

In evenwicht is het juiste ding

Verlangen, passend bij mijzelf

Vergeten

Wat is dat toch?

Mijn herinnering is wazig

Ik kon er net wel bij

Dat dacht ik toch

Het hersenbeeld is wat glazig

Had ik het niet op een rij?

Alsof ik het zo grijpen kon

Hoe zat het dan?

Ik ben het vergeten

Ik wou dat ik gedachten won

Het was niet mijn plan

Ik zou het moeten weten

Waar was dat nou?

Ik vrees dat het belangrijk was

Dat het zou blijven hangen

Ik dacht dat ik het niet vergeten zou

Dat ik het altijd wel, kwam het van pas

Weer in mijn hersenpan zou vangen

Harmonie

 

In evenwicht dat wil ik zijn

In harmonie met alles maar vooral mijzelf

Toch de passie beleven maar nooit uit balans

Wel die gedachten en gevoelens maar nooit in extremen

Begrip vanzelfsprekend te geven en te ontvangen

Een woord is genoeg, een blik zegt alles

Veel bevoelen maar niet verliezen in

In harmonie

De zon

De zon verlicht mijn gemoed

Dagen van grijs zijn voorbij

door zware gedachten gevoed

Er is weer hoop voor mij

 

Hij schijnt op licht rood blad en groen

De vogels zingen

Ik heb weer zin om wat te doen

Er zijn diverse gedachten die om aandacht dingen

 

Daar in de verte licht een wolk op

De zon strijkt over het weiland

De wind maakt sop

Hij waait door mijn hoofd gedachten aan de kant

 

Zodat ik mij in het water glinsteren kon

En in de verte een boot met bolle zeilen

Geluk daar gaat het mij om

Door de zon kan ik in mijn hoofd het geluk bevrijden

 

Staren in het niets

Staren in het niets

Gedachten eindeloos

Zoveel om voor in beweging te komen

Te weinig puf voor iets

Juist beter rust of toch beter boos

te maken en over één ding te bomen

Te kiezen wat van belang is en wat niet

Vertrouwen op intuïtie en wat je ziet

De tijd dwingt tot keuzes, mijn energie tot minder en mijn wil tot meer

 

Koorts

Koorts

Mijn hoofd is in een andere dimensie

Mijn lichaam ligt hier op de bank

Slap en pijnlijk moe van de griep

De reis gaat naar alle kanten

zonder enige intentie

En elke logica die wordt betracht gaat mank

Vol van beleving, ideeën en gedachten koortsig op zoek naar iets

Ben ik diegene die jou naam steeds riep?

O koorts wat verdwijn ik nu graag in t niets